Shock bij ernstig zieke dieren

Shock

Vaak wordt bij ernstig zieke dieren gesproken over shock. Wat is een shock nu eigenlijk? Shock is er een ernstig probleem met de bloedsomloop, waarbij weefsels onvoldoende voorzien worden van zuurstof en voedingsstoffen en waarbij afvalproducten niet goed worden afgevoerd. Hierdoor kan ernstige weefselschade ontstaan en kunnen organen hun werk niet doen, waardoor er snel een levensbedreigende situatie kan ontstaan.

Door diverse oorzaken, zoals een ernstige verwonding, een vergiftiging, uitdroging, infecties, een bloeding of een afsluiting van de maag of darmen kan shock optreden. Bij dit soort ernstige aandoeningen zal in het lichaam een soort paniekreactie optreden, waarbij het wil zorgen dat in elk geval de meest belangrijke organen, zoals het hart, de longen en de hersenen goed van bloed worden voorzien. De bloedvaten gaan hier open. Om te zorgen dat de bloeddruk hetzelfde blijft gaan er tegelijk bloedvaten samentrekken in weefsels die wel even met minder bloed toe kunnen, zoals bijvoorbeeld de huid en de spieren.

Doordat de bloedvaten hier heel weinig bloed transporteren zien we dat de huid en slijmvliezen bleker worden en dat de huid koud aanvoelt. Als je met een vinger op bijvoorbeeld het slijmvlies aan de binnenkant van de lip duwt duurt het langer dan 1 seconde voor de vingerafdruk verdwenen is. We noemen dit de capillaire refill tijd ( CRT) . De capillaire refill tijd is dan langer dan normaal en dat duidt op shock. Na enige tijd komen deze weefsels zo in zuurstofnood dat ze niet meer kunnen functioneren. De bloedvaten gaan dan weer open, maar er is niet genoeg bloed om de bloedvaten, die nu overal wijd open staan met voldoende bloed te vullen. Hierdoor krijgen nu ook de vitale organen, het hart, de longen, de hersenen te weinig zuurstof en voedingsstoffen. Er ontstaat nu snel een levensbedreigende situatie. Het hart moet nog sneller pompen om de bloedcirculatie zo goed mogelijk op gang te houden. De longen moeten zoveel mogelijk zuurstof opnemen dus versneld de ademhaling. De hersenen zijn volop bezig met het reguleren van alle processen in het lichaam, terwijl tegelijkertijd zuurstoftekort optreedt.

De eerste hulp bij shock is zo snel mogelijk het aanvullen van het circulerend volume ( het bloed). We leggen een infuus aan met bijvoorbeeld fysiologisch zout. Doordat dit via een vene canule direct de bloedbaan in loopt helpen we het lichaam snel met het bestrijden van de shock. Daarnaast moet zo snel mogelijk de oorzaak van de shock bestreden worden.

Bij een hond in shock zul je nu een aantal van de volgende symptomen vinden:

De slijmvliezen zijn bleek tot wit.

De Capillaire Refill (CRT) tijd is langer dan 1 seconde. Door met een vinger op bijvoorbeeld het tandvlees te drukken duurt het langer dan 1 seconde voor het weer “de oude kleur” heeft.

Het hart gaat sneller pompen. Je kunt dit controleren door de hartslag te meten op de borstkas achter de voorpoot. Maar beter is het om de “ pols” te controleren. Wij doen dat door met de vingers over de voorkant van het dijbeen te voelen naar de grote slagader aan de binnenkant van het dijbeen. Oefen dit eerst eens bij je eigen gezonde hond. In rust ligt de frequentie dan tussen de 60 en 120 slagen. Tevens kun je dan voelen hoe krachtig deze slagader uitzet na iedere hartpulsatie. In shock is de frequentie hoger dan 120/minuut en  minder krachtig dan normaal.

De ademhaling  frequentie is bij gezonde honden 10-30 keer per minuut. In shock moeten de longen en het hart harder werken om zoveel mogelijk zuurstof op te nemen en te verspreiden door het lichaam en neemt de ademfrequentie toe.  Als een dier snel veel bloed verliest zie je dat de bek wijd open gesperd wordt om maximaal in te ademen.

Bij dieren in shock kan al snel zuurstof tekort in de hersenen optreden. De dieren worden dan suf en  bewegen ongecoördineerd.

Omdat het hele vaatbed open staat verliezen de dieren snel veel warmte uit de openstaande vaten in de huid. Ze koelen snel af tot een temperatuur onder de 38 graden Celsius.  Normaal ligt de lichaamstemperatuur tussen de 38.0 en 39.0 graden.

Wat te doen als je bang bent dat je dier is shock raakt of is? Allereerst: raak zelf niet in paniek. Is de shock het gevolg door sterk uitwendig bloedverlies dan probeer je dit te stoppen. Vaak helpt het al als je een zo’n schoon mogelijke doek stevig tegen de bloeding aan legt en deze dicht drukt.

Vervolgens is het belangrijk dat je zo snel mogelijk naar de dichtstbijzijnde dierenarts gaat. Zorg dat deze van je komst op de hoogte is en al voorbereidingen kan nemen.

Dieren in shock kunnen in paniek raken en daarbij de hulpverleners bijten. Denk  altijd eerst aan je eigen veiligheid. Laat je niet bijten. Pak een dier eventueel stevig in het nekvel, kort achter de oren, om het rustig op de grond of op de brancard te drukken. Vaak helpt het om het dier geruststellend toe te spreken.  Is het dier erg koud, probeer de temperatuur tijdens het transport dan op te voeren of leg dekens over de patiënt. Hoe rustiger een patiënt ligt hoe minder kostbaar zuurstof verspild wordt.

De werkelijke behandeling zal moeten plaatsvinden middels het opvullen van het vaatbed met infuusvloeistof dat direct via de bloedbaan wordt toegediend  (intra-veneus infuus) bij de dierenarts.

 

Daan Kranendonk Dierenkliniek Putten